28 sep Jarentachtigpasjes
Met een groep West-Friese muzikanten was ik neergestreken op Schiermonnikoog, waar Woodstock nog eens werd overgedaan.
De zon scheen, ik deed mijn jarentachtigpasjes. Om mij heen dartelden hippies blootsvoets in het zand. Oud geworden hippies, vooral.
Bij het vallen van de avond gingen de schoenen aan, de roze zonnebrillen af. De hippies werden enthousiaster. Ik bleef bij mijn jarentachtigpasjes – een ander dansrepertoire heb ik niet.
De aanwezige eilandbewoners groepeerden zich aan de rand van het terrein. Het bier raakte op. Dat heb je met West-Friezen.
Gebroederlijk zong het publiek mee met With a Little Help from my Friends, schouder aan schouder, de telefoons als aansteker in de lucht. Het festival was klaar.
Onder een donkere hemel, niet verpest door mensenlicht, liepen we terug naar het appartement. Een kwartier lang over het schelpenpad, onze lokale gitaarheld en zijn vrouw door het zwarte landschap loodsend, de telefoon nu als zaklamp, een zware basgitaarkoffer in onze hand. Eén moment stopten we, om ons over de uitgestrekte sterrenhemel te verwonderen. We herkenden alleen het Steelpannetje.
Geen reactie's